Teaching & Learning Lab

Good Practices

Afstandsonderwijs vormgeven op basis van de ideale didactische situatie

De Virtual Classroom
(foto: Fridolin van der Lecq)

Jasper van Winden (Universiteit Utrecht) gaat bij het ontwerpen van onderwijs uit van de ideale didactische situatie en laat zich niet beperken door (bestaande) ruimtes en faciliteiten. Vanuit dat perspectief is hij aan de slag gegaan met het afstandsonderwijsproject van de Universiteit Utrecht, en heeft zo een Virtual Classroom en Hybrid Active Learning Classrooms laten ontwikkelen. 

NB: In verband met de coronacrisis zijn de Hybrid Active Learning Classrooms voorlopig gesloten. De Virtual Classroom is wel weer (beperkt) beschikbaar.

In de Virtual Classroom geeft de docent in een studio les aan studenten die hij levensgroot op schermen voor zich ziet. “Het voelt écht alsof je voor een klas staat, maar dan zitten ze alle 36 op de eerste rij,” vertelt Jasper. De Virtual Classroom heeft verschillende interactiemogelijkheden, zoals quizzen en polls, en studenten kunnen vragen stellen (mondeling of typen).

In de Hybrid Active Learning Classrooms is een deel van de studenten ter plaatse aanwezig, en een ander deel participeert online. In deze onderwijsruimte kunnen alle studenten in groepjes samenwerken, en kan de docent centraal instructie geven. Dit is uitermate geschikt voor bijvoorbeeld ‘Challenge based learning’, waarbij multidisciplinaire studententeams aan de slag gaan met echte vraagstukken en opdrachten uit de maatschappij.

Synchroon online én interactief onderwijs

Een Hybrid Active Learning Classroom (foto: Dick Boetekees)

Beide onderwijsruimtes faciliteren synchroon online onderwijs: afstandsonderwijs dat live plaatsvindt. Op deze manier kun je gezamenlijk onderwijs aanbieden, bijvoorbeeld met andere universiteiten, zonder dat (een deel van) de studenten naar een andere locatie moeten reizen.

Daarnaast heb je in beide onderwijsruimtes veel mogelijkheden om interactie te hebben met de deelnemers. “We willen in de onderwijsruimtes onderwijs aanbieden dat recht doet aan het Utrechtse onderwijsmodel, namelijk: activerend, intensief, persoonlijk en kleinschalig. Als docent moet je goed interactie met je studenten kunnen hebben en het moet mogelijk zijn om een variatie van werkvormen toe te passen. Er wordt al wel langer gewerkt met bijvoorbeeld webinars, maar zeker als docent heb je in bijvoorbeeld de Virtual Classroom op een veel natuurlijkere manier interactie met de deelnemers dan in zo’n webinar.”

Ervaringen opdoen

De Virtual Classroom is al opgeleverd: “We doen hier nu onze eerste ervaringen in op. Je kan alles nog zo goed bedenken, maar uiteindelijk moet je in de praktijk uitvinden wat werkt en wat niet.”

Eén Hybrid Active Learning Classroom is bijna opgeleverd, en voor de tweede krijgt de Active Learning Classroom aan de Bolognalaan een upgrade. Dat gebeurt pas als er ervaring is opgedaan met de andere Hybrid Active Learning Classroom.

“Maar het blijft niet bij het realiseren van de faciliteiten. We willen door pilots uit te voeren ook achterhalen hoe we de faciliteiten verder kunnen verbeteren en welke onderwijsvormen goed werken. We willen direct good practices verzamelen, zodat andere docenten gemakkelijker de stap kunnen nemen om ook op deze manier onderwijs te kunnen geven.

Ik ben er een voorstander van om pas op te schalen als we het eerst in deze experimentele ruimtes goed in de vingers hebben, maar als ik zie hoeveel interesse er is in het aanbieden van onderwijs samen met andere universiteiten, dan denk ik dat de tweede grote uitdaging wordt om snel voldoende van dit soort faciliteiten in te richten aan de Universiteit Utrecht.”

Auteur: Miranda Overbeek (Freudenthal Instituut)