Nieuws
Terugblik op Inspiratiecafé – Inclusive Science Teaching
Het Inspiratie Café op 14 september werd gegeven door Arthur Bakker, Aitana Bilinski en Sonja El Yandouzi. Het thema van dit café was diversiteit en inclusie met oog op belangrijke uitdagingen voor wetenschappelijk onderwijs. Arthur Bakker benadrukte het belang van inclusief wetenschappelijk onderwijs door gegevens te presenteren uit interviews met studenten over hun perceptie van inclusie in het hoger onderwijs. Dit werd gevolgd door de ontwikkeling van een tweedelige workshop om inclusief wetenschappelijk onderwijs te bevorderen, waarvan we een deel zelf mochten ervaren.
Wat is het probleem?
Het onderzoeksteam ontdekte dat belangrijke thema’s in inclusief wetenschappelijk onderwijs onder andere betrekking hebben op problemen bij speciale voorzieningen voor studenten met een handicap, beperkingen van internationalisering in het hoger onderwijs, micro-agressies in de onderwijsomgeving, en opmerkingen van studenten over het onderwijs en het curriculum. Een eerder uitgevoerde studie suggereerde dat lerarenopleiding zelfbewustzijn en kritische reflectie kan bevorderen, wat inclusief onderwijs ten goede komt (Reynaga-Peña et al., 2018). Hier komt het Inspiratie Café om de hoek kijken: het café gaf een idee van hoe zo’n lerarenopleiding eruit zou kunnen zien door ons deel te laten nemen aan een deel van de workshop over inclusief wetenschappelijk onderwijs.
Een tweedelige workshop om leraren te helpen
Aangezien de hele workshop vrij lang zou duren, richtte het Inspiratie Café zich alleen op een klein deel ervan, en bood de mogelijkheid om een scenario bespreken dat wij interessant vonden of dat overeenkwam met een situatie die we zelf hadden meegemaakt. We deden dit gedeelte in groepen van vier of vijf.
De workshop begint met een sessie over de toepassing van de reflectiecyclus, evenals een discussie over inclusie gerelateerde dilemma’s waar leraren in de klas mee te maken hebben. Hier lag de focus op een dilemma met betrekking tot taalbarrières, iets dat waarschijnlijk als een veelvoorkomende situatie wordt beschouwd. Een groepslid legde uit dat hij moeite had met het begrijpen van de vraag van een buitenlandse student, en zich er ongemakkelijk over voelde dat hij hen meerdere keren moest laten herhalen en toch moeite had om een antwoord te geven. Het vinden van een passende oplossing voor deze situatie zou dus zeer nuttig zijn.
De sessie ging verder met een opdracht over ons eigen bewustzijn met betrekking tot dit dilemma en om studenten of collega’s hierover te raadplegen. De meesten van ons gaven toe er niet bij te hebben stilgestaan hoe het een student zich zou laten voelen tijdens zo’n langdurig misverstand, en beschouwden dit als iets waar we allemaal aan konden werken. Om deze opdracht te voltooien, moesten we ook een korte reflectie schrijven om een volledig begrip van het probleem en hoe ermee om te gaan te krijgen.
De tweede sessie bood ruimte voor het bespreken van opdrachten en richtte zich op het concept van micro-agressies en de betrokkenheid ervan bij dilemma’s.
Een casus van taalbarrières
Tijdens de sessie kwam een casus ter sprake die aansluit bij de eerder genoemde situatie:
“Een buitenlandse student stak zijn hand op tijdens een college. De docent had moeite om te begrijpen wat de student probeerde te vragen en werd belemmerd door diens accent. Na drie keer vragen om zichzelf te herhalen, negeerde de docent de vraag en vertelde de student langs te komen aan het einde van de les, om vervolgens nooit meer vragen te stellen. De evaluatie van de student aan het einde van de cursus onthulde dat deze student zich genegeerd voelde en geen vrijheid ervoer om vragen te stellen.”
Deze situatie is waarschijnlijk voor de meesten van ons herkenbaar. Dus, hoe kunnen we omgaan met zo’n scenario? De groep bedacht verschillende oplossingen, maar na verder debat leek elke oplossing onvoorziene nadelen te hebben. Een voorbeeld hiervan was de indruk die het op de buitenlandse student zou kunnen achterlaten: Een student vragen om na de les terug te komen, sluit hen uit van de groep en creëert een andere barrière, in plaats van dat ze vrij vragen aan de leraar kunnen stellen zoals bedoeld. Dus wat werkt wel? We kwamen uit bij verschillende oplossingen om met deze casestudy om te gaan.
- Wees transparant over het probleem, bij voorkeur met humor. Door grappen te maken over jezelf wordt de sfeer lichter en zal de barrière minder uitgesproken zijn. Dit vereist echter nog steeds dat de student op een ander moment na de les contact opneemt met de leraar.
- Schrijf een e-mail naar de student of benader hen na de les om interesse te tonen in hen en hun vragen. Dit helpt de student om gezien en gehoord te worden.
- Maak gebruik van het whiteboard om de vraag te helpen conceptualiseren via het opschrijven van kernwoorden.
We waren het erover eens dat de uiteindelijke oplossing degene was waaraan de minste nadelen lijken te zitten. Elk situatie vraagt echter om een andere oplossing – en als leraar voel je je misschien ook meer op je gemak bij specifieke oplossingen. Het beste wat je kunt doen, is het probleem proberen te begrijpen en openstaan voor het vinden van een oplossing die voor jou werkt.
Ben je geïnteresseerd in meer informatie over inclusief wetenschappelijk onderwijs, of ben je geïnteresseerd in de volledige tweedelige workshop op welke manier dan ook? Neem contact op met Arthur Bakker via a.bakker4@uu.nl
Auteur: Tamara Schoonderbeek, masterstudent Science Education and Communication aan de Universiteit Utrecht