Teaching & Learning Lab

Nieuws

Waarom Ferdi Engels alle docenten een TLL gunt

Ferdi EngelsProf. dr. Ferdi Engels is docent bij Farmaceutische Wetenschappen en directeur van de Undergraduate School of Science van de Universiteit Utrecht, en daarnaast is hij coördinator van de HO-activiteiten van het Teaching & Learning Lab (TLL). Maar wat vindt hij nu zo bijzonder aan het TLL, en waarom gunt hij alle docenten een TLL? Je leest het in dit interview met Ferdi Engels!

Waarom ben je in het onderwijs gaan werken?

“Werken in het onderwijs is fascinerend. Ik ben erg geïnteresseerd in didactiek, naast mijn eigen vakgebied de farmacologie. De combinatie van inhoud (wat?) en onderwijsvorm (hoe?) blijft mij boeien. Ik ben ook erg dankbaar dat ik dingen mag uitproberen in het onderwijs, onderzoeken wat werkt en wat niet werkt. Soms gaat iets fout en voel je je eventjes wat minder, maar dat weegt niet op tegen de vlinders in je buik (ja, ja) wanneer je iets nieuws probeert.”

Wat vind je van het idee van het TLL; een fysieke testlocatie voor onderwijsinnovatie en leereffectmeting?

“Ideeën voor vernieuwingen in het onderwijs kun je overal krijgen: al pratend met studenten en collega’s, al lezend in de wetenschappelijke literatuur, ’s ochtends op de fiets naar je werk, ja zelfs onder de douche. Niet zelden blijven ideeën ideeën. Dat komt omdat je die ideeën niet eenvoudig kunt uitproberen in de reguliere onderwijsomgeving. Het TLL biedt een unieke plek om die ideeën uit te proberen en verder uit te werken. Doordat het TLL een flexibel in te richten ruimte is, krijg je daar ook weer nieuwe ideeën. Ik zie het TLL eigenlijk als een vliegwiel: het helpt je om onderwijsinnovaties op gang te brengen, maar ook om ze aan de gang te houden.”

Wat vind je vernieuwend aan het TLL?

“De Universiteit Utrecht zet steeds meer in op alternatieve inrichtingen van onderwijsruimtes. Een voorbeeld is de Active Learning Classroom (ALC) aan de Bolognalaan. Het TLL is als het ware de broedkamer van dit soort ontwikkelingen. In het TLL worden ideeën verkend, uitgewerkt en onderzocht, waarna de ervaringen worden meegenomen in universitair beleid rondom onderwijsruimtes en andere faciliteiten.”

Hoe kan het TLL jouw inziens bijdragen aan de kwaliteit van het onderwijs?

“De ‘winst’ van het TLL ligt niet alleen bij nieuwe ontwikkelingen in onderwijsruimtes en -faciliteiten, maar ook bij de ontwikkeling van docenten. Als docent krijg je in het TLL de gelegenheid om na te denken over de didactische aanpak van je onderwijs en word je geprikkeld om te onderzoeken wat werkt. We hebben het dan over ‘scholarly teaching’ en over ‘scholarship of teaching and learning’ (SoTL), waar het TLL een ondersteunende rol kan spelen. Geïnteresseerden verwijs ik graag naar een artikel van Potter en Kustra uit 2011. Scholarly teaching en SoTL leveren naar mijn idee een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling van docenten en daarmee direct aan de kwaliteit van het onderwijs.”

Wat doe je zelf in het TLL, en wat zou je nog meer in het TLL willen doen?

“Ik ben erg geïnteresseerd in verschillende vormen van samenwerkend leren. Het TLL is voor mij een soort laboratorium waarin ik dit uitprobeer en observeer.

We zijn nu bezig met een project waarbij we een interdisciplinaire cursus ontwikkelen, waarin studenten uit Utrecht en studenten uit Leeds samenwerken en samen leren. Hiervoor moeten we kijken of we beeld en geluid in twee leslokalen, ons TLL en een ALC in Leeds, kunnen koppelen zodat lessen gelijktijdig op deze twee plekken gegeven en gevolgd kunnen worden. De onderzoeksvraag die we hierbij geformuleerd hebben is hoe we het beste online en offline samenwerken en samen leren kunnen ondersteunen. Het spannende aan dit project is dat het enerzijds gaat om onderwijskundige aspecten van samenwerkend leren, en anderzijds om innovatieve technische middelen om zo’n leerproces te ondersteunen.”

Zou je het concept TLL aan andere universiteiten en hogescholen aanraden?

“Volmondig ja! Waarom? Omdat ik collega’s bij andere hoger onderwijs instellingen ook zo’n mooie faciliteit gun. De kleinschaligheid van het TLL spreekt mij erg aan: bottom-up mogelijkheden voor docenten om hun onderwijs te vernieuwen, zonder dat dit wordt ingegeven door grootschalige onderwijsherzieningsprogramma’s of grote gesubsidieerde onderzoeksprojecten.”

Auteurs: Ferdi Engels (UU) en Miranda Overbeek (Freudenthal Instituut)